Lezing over architect S.A. Veenstra door Bertus Fennema op 27 oktober.

Eindelijk kon de Historische Vereniging weer een lezing organiseren en de zaal van Vita Nova liep dan ook al snel vol. Ongeveer 45 mensen waren getuige van deze lezing over architect S.A. Veenstra, door liefhebber en auteur van meerdere boeken over architectuur Bertus Fennema.

Sietze Veenstra werd geboren in Langezwaag op 5 juni 1897, als jongste van zeven kinderen. Hij werd meteen na de lagere school timmerman en in de avonduren volgde hij een gedegen opleiding voor ambachtslieden aan de Avondteekenschool in Heereveen. Na zijn dienstplicht trouwde hij in 1920 met Jantje Nijenhuis en ze gingen wonen in Langezwaag.
In 1924 had Sietze zijn eerste klus; het ontwerpen van een postkantoor in Langezwaag. Hij was toen nog bouwkundige, in 1926 noemde hij zich architect. Er volgden vele klussen in Langezwaag en omgeving en hij kreeg ook vaak klussen van de landadel aldaar. Hij bouwde in de toen zeer populaire Amsterdamse School bouwstijl.

Bertus legt in het kort uit wat dat nu ongeveer inhoud. In een vrij korte periode ontstond er een stroming vanuit Amsterdam van architecten die vorm belangrijker vonden dan de functie, zij namen afstand van architecten zoals Berlage die toch veel zakelijker en strakker bouwden. Mooie voorbeelden van de Amsterdamse Schoolstijl zijn; Museum Het Schip en de Spaarndammerbuurt in Amsterdam. Omdat deze stijl tussen de jaren 1910 en 1930 zeer populair was, werd er toen veel in deze stijl gebouwd. Ook architect Veenstra deed aan deze mode mee, maar de Groninger variant was toch wel iets soberder. Enige kenmerken zijn; rode bakstenen, glas-in-lood, hoge opvallende schoorstenen, overstekende daken, letters en ornamenten.


In maart 1930 ‘emigreerde’ de familie Veenstra naar Middelstum. Hij werd hier benoemd als gemeente-opzichter van Middelstum, Kantens en Stedum en zijn verdienste was destijds fl. 1.000,- per jaar. Hij huurde eerst de woning aan Burchtstraat 40 (een architect Tilbusscher-pand), maar ging later wonen aan Brouwerslaan 4, een woning die hij zelf had ontworpen.
De jongste dochter Alida is in Middelstum geboren.

Veenstra werkte veel samen met steenfabriek Labor, zijn hofleverancier. Deze leverde de rode bakstenen die zo populair waren in de tijd (en niet alleen in het Noorden). Daarom waren er in die tijd heel veel steenfabrieken in Noord-Groningen. Tussen 1940 en 1962 was hij ook architect met een eigen praktijk,
hij keurde dus zijn eigen tekeningen, wat eigenlijk nooit een probleem is gebleken.

Bertus laat tijdens zijn power-point presentatie veel panden zien; eerst uit de Langezwaag-periode en later uit de Middelstum-periode, een paar hebben zelfs de rijksmonumentenstatus. Enkele voorbeelden van panden uit Middelstum zijn: zoals al genoemd Brouwerslaan 2-4, Heerestraat 15, Menthedalaan 16 (Us Wente), Boerdamsterweg 6, Brouwerslaan 1 en 3 en Johan Lewestraat 1-3 en 5-7.
Veenstra werkt ook veel samen met de zeer invloedrijke familie Vinhuizen, hij was hun huisarchitect. Enkele voorbeelden van deze samenwerking zijn: de schuur van Ewsum, de schuur bij de inmiddels afgebroken Villa Vinhuizen in Kantens en de aanbouw van Mentheda. Ook boerderij ‘Fraam’ was een ontwerp van Sietse, helaas is deze inmiddels afgebroken.

In 1940 overlijdt zijn vrouw Jantje, zij wordt begraven in Langezwaag, omdat de band met hun geboortedorp nog vast was. De steen op het graf is uiteraard ook ontworpen door Sietze. Hij hertrouwde in 1951 met Jentien Kreeft, weduwe van Egbert te Wolde.
Eén van zijn laatste bouwwerken was de sporthal aan de Coendersweg. En ook de locatie van deze lezing, het gebouw Vita Nova, komt uit de koker van Veenstra. Hieraan kun je wel zien dat de stijl langzamerhand weer naar een strakkere vormgeving gaat.

In 1962 gaat Veenstra met pensioen en gaat hij in Zuidlaren wonen, maar ook na zijn pensioen nam hij nog wel wat klussen aan, zoals bleek uit een door iemand meegebrachte tekening van een woonhuis in Kantens. Een andere verrassing was een tekening van radio’s, ontworpen door Veenstra. Bertus Fennema wist wel dat Sietze ook meubels had ontworpen (o.a. de stoelen in de raadzaal van de gemeente Stedum), maar dit wist hij niet. Of de radio’s ook echt zijn gebouwd is helaas op dit moment niet bekend.

Bertus sluit af met de woorden dat ‘Middelstum geluk heeft gehad met zo’n talentrijke vakman, die Middelstum nog mooier heeft gemaakt’. Menig Middelstumer zal met andere ogen naar hun dorp kijken, op zoek naar woningen en elementen van de Amsterdamse Schoolstijl.